Vrijwillig kinder- en jongerenwerk in Nederland

Vrijwillig kinder- en jongerenwerk in Nederland

2022 | DSP-groep BV
Gratis

Omschrijving

Aanleiding
Om het vrijwillige kinder- en jongerenwerk in Nederland op waarde te kunnen schatten en de potentie ervan goed te benutten, is het van belang zicht te hebben op de aard en omvang van dit veld. Nu de onderzoeken naar de staat van het kinderwerk1 en jongerenwerk2 zijn afgerond, moet een inventarisatie naar de prevalentie van vrijwillig kinder- en jongerenwerk in Nederland als sluitstuk voor dit drieluik fungeren. 

Uit beide bovengenoemde onderzoeken komt naar voren dat het professioneel kinder- en jongerenwerk een belangrijke rol speelt in de ondersteuning van het veilig opgroeien van kinderen en jongeren. Onder professioneel kinderwerk wordt het sociaal werk met kinderen tot 12 jaar verstaan dat zich richt op alle kinderen in de buurt, met extra aandacht voor kinderen in een kwetsbare situatie die meer ondersteuning kunnen gebruiken. De belangrijkste doelstellingen volgens professionals zijn het signaleren van zorgelijke ontwikkelingen en problemen, het ontwikkelen van een gezonde leefstijl, talentontwikkeling en het ondersteunen van ouders bij de ontwikkeling van hun kinderen. Onder jongerenwerk wordt verstaan de begeleiding van jongeren bij het volwassen worden in de samenleving. Het jongerenwerk houdt zich bezig met jongeren tussen de 10 en 27 jaar. Voor het professioneel jongerenwerk geldt dat talentontwikkeling, het verminderen en voorkomen van overlast, het binden van jongeren aan de Nederlandse samenleving, het bijdragen aan verantwoordelijkheid/zelfregie en ontmoeting de belangrijkste doelen zijn. 

De doelstellingen van professioneel kinderwerk en jongerenwerk overlappen deels; een belangrijk verschil is echter dat het professioneel jongerenwerk ook het voorkomen van overlast als belangrijke doelstelling heeft. In hoofdstuk 8 van dit rapport zullen we een vergelijking maken tussen het professioneel kinder- en jongerenwerk en het vrijwillig kinder- en jongerenwerk.

Uit onderzoek van het CBS gepubliceerd in 2020 blijkt dat bijna de helft van de Nederlandse bevolking boven de 15 jaar wel eens aan vrijwilligerswerk doet. 15% van de vrijwilligers geeft aan actief te zijn bij een sportvereniging en deze zijn wat betreft organisaties en sectoren waar vrijwilligers werkzaam zijn de koplopers, gevolgd door scholen (11%) en jeugdwerk (8%)3 . Deze top drie geeft goed weer dat een groot deel van de vrijwilligers zich inzet voor kinderen en jongeren. De gemene deler is dat de vrijwilligers onbezoldigd bijdragen aan het verhogen van het welbevinden van jeugdigen. Tijdens de uitvoering van het onderzoek zat Nederland midden in de coronacrisis. Een bijzondere tijd waarin de fysieke en mentale gezondheid van kinderen en jongeren een belangrijk thema was. Dit heeft des temeer blootgelegd dat juist sommige jongeren en kinderen in Nederland een extra steuntje in de rug kunnen gebruiken. Vrijwilligers maken de noodzakelijke en laagdrempelige activiteiten mogelijk die deze kinderen en jongeren een stap verder helpen.

Zoals gezegd is dit onderzoek het sluitstuk van een bredere inventarisatie. De onderzoeken tezamen moeten bijdragen aan een betere positionering van het kinder- en jongerenwerk in Nederland, zowel landelijk als lokaal. Gelet op recente ontwikkelingen onder meer gericht op het versterken van de veerkracht van jeugdigen, verminderen van kansenongelijkheid en de invulling van maatschappelijke diensttijd is deze positionering van het kinder- en jongerenwerk van groot belang.

Onderzoeksvraag In het onderzoek hebben we onderstaande onderzoeks- en deelvragen gehanteerd: Wat is de omvang en inhoud van het vrijwillige kinder- en jongerenwerk in Nederland dat zich primair richt op het welbevinden van kinderen en jongeren? 

Deelvragen
1. Hoe groot is de doelgroep ‘vrijwillig-kinder- en jongerenwerkorganisaties’?

1.a.  Hoeveel vrijwilligersorganisaties zijn er actief in het kinder- en jongerenwerk in Nederland?

1.b. Hoeveel vrijwilligers zijn actief in het kinder- en jongerenwerk en hoe groot is de gemiddelde inzet? 2

. Wat zijn de doelstellingen van vrijwillig-kinder- en jongerenwerkorganisaties?

3. Welke activiteiten ondernemen vrijwillig-kinder- en jongerenwerkorganisaties?

4. Wat is de doelgroep van vrijwillig-kinder- en jongerenwerkorganisaties?

5. Met wie werken vrijwillig-kinder- en jongerenwerkorganisaties samen?

Vrijwilligerswerk en reikwijdte van het onderzoek
Het CBS definieert vrijwilligerswerk als “werk dat in enig georganiseerd verband onverplicht en onbetaald wordt verricht ten behoeve van anderen of de samenleving”. Het vrijwillig jeugd en jongerenwerk omvat een breed scala aan activiteiten. Deze opdracht richt zich conform de wens van de opdrachtgever op het in beeld krijgen van vrijwillig jongerenwerk in de welzijnssector. Vrijwillig kinder- en jongerenwerk in de culturele en sportsector blijft daarmee buiten de scope van het onderzoek. In een recent rapport dat het gemeentelijke vrijwilligerswerkbeleid in Nederland in kaart brengt, wordt geconstateerd dat met name in de sector zorg & welzijn en maatschappelijke ondersteuning de formele en informele zorg tegen elkaar aan schurken4 . Ook beperkt ons onderzoek zich tot vrijwilligers die zich inzetten voor kinderen en jongeren. Organisaties waar jongeren zich vrijwillig inzetten voor een doelgroep anders dan kinderen of jongeren vallen buiten de scope van het onderzoek. Ook organisaties waarbij de ondersteuning van (jonge) gezinnen centraal staan maken geen onderdeel uit van de benaderde organisaties.

 

Het vrijwillig kinder- en jongerenwerk in Nederland is van onschatbare waarde: wekelijks krijgen zo’n twee miljoen kinderen via deze weg een plezierige vrijetijdsbesteding en worden zij gestimuleerd om hun sociale vaardigheden te ontwikkelen. Ook kinderen in kwetsbare situaties worden bereikt, zo blijkt uit onderzoek van DSP-groep in opdracht van Sociaal Werk Nederland, het Nederlands Jeugdinstituut en Hogeschool van Amsterdam en met ondersteuning van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De vrijwillige activiteiten zijn complementair aan het professionele kinder- en jongerenwerk, waar de nadruk meer ligt op hulp bij het oplossen van problemen bij kinderen en jongeren in meerdere leefgebieden.

Aanleiding onderzoek
Uit eerder onderzoek naar het professionele kinder- en jongerenwerk in Nederland is gebleken welke pedagogische meerwaarde deze vormen van sociaal werk kunnen hebben voor de jeugd. Om een zo volledig mogelijk beeld te krijgen, ontstond de behoefte om ook het vrijwillig kinder- en jongerenwerk in kaart te brengen, met een focus op het domein van welzijn. Het onderzoek van DSP-groep betrof zowel landelijk georganiseerde organisaties (zoals Scouting Nederland, Jong Nederland, Jantje Beton) als onafhankelijke kinder- en jongerenwerkorganisaties, gemeenten en vrijwilligerscentrales. In totaal hebben 526 organisaties deelgenomen aan het onderzoek dat bestond uit desk research, enquêtes en aanvullende interviews.

Sociale vaardigheden en plezier
De deelnemende organisaties geven aan dat voor hen het stimuleren van sociale vaardigheden (87%) en het bieden van plezier en ontspanning (84%) voorop staan. De belangrijkste doelgroep waarop zij zich richten, zijn kinderen en jongeren tussen 11 en 15 jaar (83%). Dit is een belangrijke leeftijdsfase waarin veel veranderingen in korte tijd plaatsvinden, zoals de overgang naar de middelbare school en start van de puberteit. Ongeveer een kwart van de organisaties geeft aan aandacht te besteden aan specifieke doelgroepen, waarbij iets meer dan de helft kwetsbare kinderen en jongeren noemt.

Groot bereik, bescheiden budget
De landelijke en lokaal georganiseerde organisaties weten wekelijks zo’n twee miljoen kinderen en jongeren te bereiken: dat is ongeveer de helft van alle kinderen tussen de 4 en 25 jaar. Hierbij wordt met diverse organisaties samengewerkt, waarbij scholen, gemeenten en kerken het vaakst zijn genoemd. De samenwerking bestaat vooral uit het gezamenlijk organiseren van activiteiten, het benutten van elkaars voorzieningen, het bereiken van nieuwe doelgroepen en het uitwisselen van ideeën. De budgetten in het vrijwillig kinder- en jongerenwerk zijn vaak bescheiden, waarbij vooral de gemeenten financiële ondersteuning bieden.

Aanbevelingen
Met vaak bescheiden middelen weet het vrijwillig kinder- en jongerenwerk veel jonge mensen te bereiken en te betrekken, waarbij zij complementair zijn aan het professionele kinder- en jongerenwerk. Het verdient dan ook aanbeveling om te onderzoeken hoe organisaties die nu geen (gemeentelijke) ondersteuning krijgen, geholpen kunnen worden. Ook kan nader worden onderzocht wat de meerwaarde kan zijn van samenwerking met bijvoorbeeld scholen, welzijn en kinderopvang. Daarnaast zijn in het vrijwillig kinder- en jongerenwerk veel oudere vrijwilligers actief: het is zaak om hen de komende jaren aan boord te houden en in te zetten op het aantrekken van nieuwe, jongere vrijwilligers. Mogelijk kan de maatschappelijke diensttijd hierin een rol spelen. Het onderzoek verdient ten slotte een vervolg om ook het terrein van sport en cultuur nader in kaart te brengen.