Naar school gaan, werken, je familie en vrienden bezoeken: om in Nederland aan de maatschappij te kunnen deelnemen moet je afstanden kunnen overbruggen.
Mensen met een (licht verstandelijke) beperking zijn daarvoor vaak aangewezen op het speciaal vervoer. Dit betekent minder flexibiliteit en een beperkte actieradius. Een training om zelfstandig te leren reizen is een effectief middel om deze groep mensen meer vrijheid en zelfredzaamheid te bieden. Het is een zegen dat er speciaal vervoer bestaat, maar ervan afhankelijk zijn heeft zo zijn nadelen. Speciaal vervoer betekent vooraf gepland vervoer op een vast tijdstip naar een vaste bestemming. Naast het feit dat dit een relatief dure vorm van vervoer is, beperkt het de mensen in hun sociaal leven en daarmee hun ontwikkeling. Zij kunnen niet spontaan met vrienden afspreken en bij uitval van hun programma op school of werk moeten zij wachten tot het afgesproken tijdstip om weer naar huis te kunnen. Dit leidt tot frustratie en stress.
Mensen die zelfstandig kunnen reizen, zijn zelfredzamer en kunnen beter meedoen in de samenleving. Volwassenen hebben meer kans op werk. Scholieren hoeven niet meer met de taxi. Bovendien geeft zelfstandig kunnen reizen zelfvertrouwen, vrijheid en maakt het sociale contacten mogelijk. Het maakt de wereld letterlijk groter.
Stap voor stap naar zelfstandig reizen
MEE heeft een ondersteuningstraject ontwikkeld, waarin mensen met een beperking, zoals een licht verstandelijke beperking of autisme, stap voor stap leren zelfstandiger te reizen. Dit kan een OV-traject zijn, maar ook een fiets- of wandeltraject. ‘MEE op Weg’ is een training op maat, waarbij we samen met de deelnemer een plan opstellen en hem of haar aan een reismaatje koppelen. Het traject begint meestal met het opbouwen van (zelf)vertrouwen. Veel deelnemers moeten leren omgaan met de extra prikkels in het verkeer of in het openbaar vervoer. We gaan aan de slag met angsten en onzekerheden en stimuleren het zelfvertrouwen. Het is een intensief trainingstraject dat gemiddeld tien tot twaalf weken duurt en uit drie fases bestaat: een intake, een koppeling met een reismaatje en stapsgewijs zelfstandig leren reizen. Omdat de behoeften en mogelijkheden van iedere deelnemer anders zijn, is maatwerk essentieel.
Fase 1: kennismaking en intake
Het traject start met een uitgebreide intake met de deelnemer en eventuele naasten of ouders. Een MEEmedewerker onderzoekt de leerbaarheid, haalbaarheid, motivatie, de ervaren knelpunten om te reizen, de wensen, mogelijkheden en de mogelijke steun van naasten. Op basis van de uitkomsten bepalen ze samen of een MEE op Weg-traject de beste oplossing is.